Kort begrip    (vragen + antwoorden)

            Vraag 1

 1. Wat betekent hier het woord "stukken”?

            Delen of hoofdlijnen;

 2. Hoe komt het getal 3 (in de Bijbel) nog meer voor? En in een preek?

            Drieëenheid; in preek: thema en meestal drie aandachtspunten;

 3. Is dit weten een zaak van ons gevoel, van ons verstand of van ons hart?

            Van het hart (vandaaruit verstand en gevoel);

 4. Hoe hebben we troost nodig in het sterven? Hoe in het leven?

            Vrijspraak in het oordeel (sterven) en geloofskracht

In het leven;

 5.  Wat is het verschil tussen zonde en ellende?

            Ellende: alle gevolgen van de zonde;

 6. Weet jíj hoe we verlost kunnen worden van onze zonden en ellende?

            Kort samengevat: door het geloof in Christus Jezus;

 7. Ben jij wel eens echt dankbaar? Waarvoor en hoe?

            Persoonlijke invulling;

 8. Gaat het in dit antwoord om een tijdsorde of is het een logische orde?

            Het laatste; deze stukken komen achtereenvolgens steeds weer opnieuw aan de orde;

 9. Welke kernbegrippen worden hier genoemd?

            Zonde, verlossing, dankbaarheid

 

Vraag 2

 1. Welk woord hoor je in het woord "ellende”?

            Uitlandigheid;

 2. Wat is een wet?

            Regel voor gedrag en leven

 3. Welke verschillen weet je tussen Wet en Evangelie?

            De Wet eist en vloekt; het Evangelie schenkt en zegent;

 4. Leren we ook uit het Evangelie onze ellende wel kennen?

            Jazeker; het kruis leert de diepte van de zonde kennen;

 5. Lees en overdenk eens Dordtsche Leerregels III en IV, & 5.

            Hier de ontoereikendheid van de Wet geleerd;

 6. Kunnen we teveel kennis van zonden hebben? Kunnen we er teveel aandacht aan besteden?

            Het eerste niet; het tweede wel;

 7. Wie leren dat de wet is afgeschaft?

            De Antinomianen; meestal ook de Vrije Groepen.

  

Vraag 3,4

 1. Is de wet zonder Evangelie?

            Nee, er staan beloften in de wet; denk ook aan het opschrift;

 2. Hoort de wet bij het werkverbond of bij het genadeverbond?

            Bij het werkverbond; ook bij het genadeverbond.

 3. Is de Wet door Christus opgeheven?

            Nee, Christus heeft de wet zelfs uitgediept;

 4. Wat is het verschil tussen het 1e en het 2e gebod?

            Beeldendienst betreft verering van de Heere; afgodendienst betreft andere goden;

 5. Hoe is het 4e gebod van karakter veranderd?

            Het schaduwachtige is eruit weggevallen vanwege de komst van Jezus;

 6. De Wet heeft drie functies; welke?

            We spreken van een politiek, een ontdekkend en een onderwijzend gebruik van de wet;

 7. Waarom in "stenen” tafelen?

            De wet heeft betekenis voor alle tijden;

 8. Waar(in) schrijft God Zijn wet nog meer (2 Cor.3:3)?

            In vlesen tafelen van het hart;


 Vraag 5,6

1. Is de hoofdsom moeilijker te volbrengen dan de tien geboden op zichzelf?

            Zeker: een Farizeeër leeft bij geboden en uitwendige regels; de hoofdsom laat krachtig uitkomen dat de Heere ons hart (liefde) vraagt; liefde staat gelijk aan 100%;

2. Is deze liefde-eis niet te zwaar?

            Omdat de Heere alles geeft, kan Hij ook alles vragen;

3. Wie is mijn naaste?

            Ieder mens; nader bepaald: ieder die de Heere op mijn weg plaatst;

4. Mogen we onszelf wel liefhebben?

            Zeker wel; heb je eigen zaligheid lief en mijd verzoekingen;

5. Zijn zonden  in gedachten ook echt zonden?

            Moeilijke vraag; er zijn inwerpingen van de duivel in ons denken; toch blijven we als mensen verantwoordelijk;


Vraag 7

1. Moeten we ècht alles VOLKOMEN en volmaakt houden?

            Ja; de weg van minimaliseren is een doodlopende weg, omdat we zodoende het kwaad legaliseren.

2. Is "haat” niet te veel gezegd?

            Er staat: van nature geneigd; gelukkig blijft het meestal bij een neiging.

3. Leert de Bijbel een somber mensbeeld?

            Wel een somber beeld van de mens zonder God; maar zeker niet vanuit de verlossing van de mens door Christus.

 

Vraag 8:

1.  Wat heeft dit antwoord te maken met de bekende indeling: hoofd, hart en hand?                      

            Kennis > hoofd; gerechtigheid > hart; heiligheid > hand.

                                             

2. Welke drie ambten staan hier op de achtergrond?

            Profeet, Priester en koning.

 

Vraag 9:

1. Hoe kan de schuld van Adam mij toegerekend worden?

            Adam is niet alleen de vader van alle mensen, maar hij is ook het hoofd van de hele mensheid.

2. Gaat het in dit antwoord alleen over dadelijke zonden?

            Nee, de algehele verdorvenheid wordt hier genoemd en bedoeld.

3. Had God de zonde en de val niet kunnen verhinderen?

            Zeker wel; we spreken hier van het proefgebod; God wilde de mens beproeven. 

3. Hoe wordt de leer van de erfzonde in deze tijd bevestigd?

             De genealogie bevestigt de leer van de erfzonde.

 4. Wat leert Genesis 3 ons over de tactiek van de duivel?

            De duivel begon wel voorzichtig, maar hij kwam met insinuatie en leugen.

  

Vraag 10,11

 1. Waar spreekt Paulus over Adam’s  zonde?

In Romeinen 5; hij stelt daarin Christus tegenover Adam.

 2. Wie was Pelagius?

Een monnik t.t.v. Augustinus. Hij loochende de toerekening van Adam en van Christus. De mens is bij zijn geboorte als een blanco vel papier.Zijn leer heeft velen beinvloed.

 3. Hoe omvangrijk is de vloek op de zonde (Gen. 3:16v)?

Deze strekt zich uit tot het aardrijk, de arbeid, de geboorte en het sterven.

 4. Hoe wordt deze vloek omgeven door het Evangelie?

Er ligt in al deze vloeken toch ook een verborgen zegen; denk ook verder aan de moederbelofte (Gen. 3:15).

 

Vraag 12

 1. Wat verstaan we onder burgerlijk goed?

De mens is onbekwaam tot enig goed; maar er zijn gelukkig wel heel veel goede en mooie dingen onder de mensen, zoals beschaving en opvoeding, moraal en vrees voor straf. Dat noemen we burgerlijk goed. Dit goed willen we graag waarderen en stimuleren.

 2. Met wie sprak Christus over de wedergeboorte?

Met Nicodemus; zie Johannes 3

 3. Is de wedergeboorte een zuiver  passief gebeuren?

Jazeker; het is een geboorte van boven, uit God.

 [4. Wat is de heilsorde?

In de heilsorde wordt het genadewerk in zondaren van verschillende kanten belicht; deze orde luidt: roeping, wedergeboorte, bekering, geloof, rechtvaardigmaking en heiligmaking].

 Vraag 13

 1.Hoe denkt de moderne mens over het begrip "straf”?

Men is van mening dat straf niets oplost. Men verwerpt in ieder geval de eeuwige straf.

 2. Weet je voorbeelden te noemen van tijdelijke en eeuwige straffen?

Tijdelijke straffen: natuurrampen en ziekten; eeuwige straffen: zie de gelijkenis van de rijke dwaas en de arme Lazarus (Luk. 16:19v).

 

Vraag 14

1. Ligt er echt berouw in vraag 14?

In de Catechismus (vraag 12) klinkt het berouw duidelijker door.

2. Wat is een  Middelaar?

Wij kennen het woord "bemiddelaar” beter. Jezus staat midden tussen God en de mensen. Hij heeft beider belangen op het oog. Maar er is geen sprake van een compromis.

3. Had God ook op een andere manier de mens kunnen verlossen?

Daarover is veel verschil geweest. De weg van de voldoening was noodzakelijk, al is daarmee niet alles gezegd.

 

Vraag 15

1. Waarom moest de Heere Jezus waarachtig God  zijn?

Alleen Goddelijke kracht is in staat Gods toorn en de zondelast weg te dragen.

2. Lees eens het veel mooiere antwoord op deze vraag in de Catechismus; aan wie wordt Christus geschonken?

Hij wordt geschonken aan "ons”. Dat zijn de ware gelovigen; Hij wordt in de belofte geschonken aan ons allen.

3. Wie hebben de mensheid van Jezus ontkend? De Wederdopers.

Jezus kon niet echt de verdorven menselijke natuur aannemen. Zij menen dat de zonde in de natuur van de mens zit.

5. En wie hebben Zijn Godheid ontkend?

De Arianen van allerlei soort noemen Hem wel Goddelijk, maar niet God. Christus is in hun ogen het voornaamste schepsel. Denk hierbij echter aan drie bekende hoofdstukken: Johannes 1, Collosenzen 1 en Hebreen 1.

 

Vraag 16,17                                                                                      

1. Staan engelen hoger dan mensen?

Nee, de mens is oorspronkelijk heer der schepping, de engel is dienaar van God.

 2. Welke verschillen zijn er tussen engelen en mensen?

Mensen zijn geschapen als een organische eenheid; de mens is geschapen

Dat naar het beeld van God; de mens heeft een lichaam. Dat alles geldt van de engelen niet.

 3. Men spreekt ook wel van protestantse heiligen?

Dat kunnen allerlei personen zijn; grote namen uit het verleden kunnen die status soms ten onrechte krijgen.

 

Vraag 18

 1. Welk verschil is er tussen de leer van de Alverzoening en die van de algemene verzoening?

In de Alverzoening (Universalisme) gelooft men dat alle mensen delen in de verzoening;

De algemene verzoening stelt dat Jezus is gestorven voor alle mensen; deze moeten echter zelf daarin bewilligen.

 2. Welke mensen worden zalig? De uitverkorenen, de goede mensen, de zondaars? Wat zegt het antwoord?

Het antwoord noemt het geloof als een doorslaggevend gegeven;

In Joh. 3:16 vinden we het woord: een "iegelijk”.

 

Vraag 19

 

1. Is Bijbelkennis belangrijk?

De Heere zegt: Onderzoekt (!) de Schriften, want die zijn het die van Mij getuigen (Joh. 5:39).

2. Kun je geloof leren?

Het is een gave Gods;de Heere werkt ook door te onderwijzen (Luk. 24:27,45).

 3. Is alle kennis geloof?

Nee, er is ook sprake van een historisch geloof (Matth. 2:5)

 4. Wat zijn beloften?

Het zijn toezeggingen die vragen om vervulling; beloften zijn gegeven om er op te pleiten.

 5. Is geloof zekerheid?

Ja, het is een stellig weten of kennis; twijfel komt voort uit de gelovige, niet uit het geloof.

 

Vraag 20:

 1. Hoe zijn de twaalf artikelen ontstaan?

Ze ontstonden in de gemeente van Rome als een eenvoudige belijdenis voor hen die hun geloof weilden belijden.

 2. Is kennis van deze 12 artikelen voldoende om belijdenis te doen?

Dat wel, maar niemand zal er echt tevreden mee zijn als hij niet meer weet.

 3. Welke driedeling ligt er in deze artikelen?

Hier komen aan de orde God de zvader, God de Zoon en God de Heilige Geest.

 

Vraag 21,22

1 Wat zeggen de volgende teksten over de Drieeenheid? Joh.1:1v; Coll.1:15-19; Hebr. 1:3v; 

Joh. 1: het Woord was God;

Coll. 1: Eerstgeborene aller kreatuur; alles door Hem geschapen;

Hebr. 1:3 > alles door Hem gemaakt; Afschijnsel en Beeld;

2 Welke formule in de kerkdienst noemt de Drieëenheid?

Denk aan de zegen uit Nummeri 6.

3. Is Joh. 14:28 niet in strijd met de Drieeenheid?

Nee; hetgaat hier om Christus als de Middelaar.

4. Wat zegt NGB art. 9 (eerste gedeelte) hier over?

Hier wordt gesproken over de werkingen van de drie Personen, die wij "in ons” gevoelen.

5. Welke formule is hier van belang?

Een Wezen, drie Personen; we belijden zowel de Eenheid alsook de Drieheid.

 

Vraag 23

1 Er is drieerlei vaderschap in God: zie het antwoord;

God is de Vader van Zijn Zoon Jezus Christus; Hij is de Vader van de schepping en Hij is de Vader van Zijn volk.

2 Hoe willen sommigen de vragen rond de evolutieleer oplossen?

Momenteel spreken velen van een theistische evolutie; God zou door middel van de evolutieleer de wereld geschapen hebben.

3. Welke bezwaren heb je hiertegen?

Genesis wordt zodoende symbolisch uitgelegd; ook de zondeval is niet in te passen in de evolutie.

4. Omvat de voorzienigheid alle dingen? Ook het kwaad?

Alle dingen! God gebruikt het kwade in Zijn verlossingsplan.

Vraag 24

 1 Moeten we vasthouden aan de schrijfwijze van de naam HEERE?

Ja; hiermee willen we de verhevenheid en de eigenheid aangeven van deze Naam.

 2 Wie worden ook wel zonen van God genoemd?

De engelen en de mensen.

 

Vraag 25-28

 1 Welke evangelist spreekt het duidelijkst over de geboorte van Christus en welke het minst?

Lukas het meest; Markus het minst.

 2 Welke dwaling inzake de mensheid van Jezus heeft veel kwaad

gedaan in de dagen der apostelen en daarna?

De Gnostiek ontkende de ware mensheid van Jezus; Hij zou een schijnlichaam aangenomen hebben; deze dwaling loopt uit op een schijnverlossing.

 3 Christus had twee naturen; leed Hij in beide?

Nee, alleen in de menselijke natuur.God kan niet lijden, zoals de moderne theologie ten onrechte leert.

 4 Ga de weg van Zijn vernedering na in Filip.2.

Het gaat in dat hoofdstuk niet alleen om de twee naturen, maar ook om de twee staten van Christus.

 

 Vraag 29,30

1 Welke andere namen circuleerden er onder de Joden?

Vooral Abraham en Mozes stonden bij hen in hoog aanzien.

2 Wie behoren tot  "Zijn volk”?

Dat zijn diegenen die door het geloof aan Hem verbonden zijn.

3 Welk verschil is er tussen "zaligmaken” en "redden”?

In het woord "redden” komt sterk uit dat we ons in grote nood bevinden.

 4 Zijn er redenen waarom  Maria in de RK kerk zo’n grote plaats heeft gekregen?

Men voelde de behoefte aan een voorspraak bij Christus; Maria leek meer de barmhartige. Dat is afgoderij.